maandag 7 februari 2011

Whale rescue in Golden Bay





Afgelopen vrijdagavond kregen we het bericht dat er een grote groep Pilot whales (grienden) was gestrand in Puponga, aan de voet van de Farewell Spit in Golden Bay.
Binnen drie kwartier hadden we onze spullen gepakt en stonden we klaar om walvissen te gaan redden!
Toen we twee en een half uur later in Puponga aankwamen, lag het vrijwilligerskamp er rustig bij. Men vertelde ons dat het inmiddels hoogtij was en dat men hoopte dat de walvissen gedurende de nacht zouden wegzwemmen.
De volgende morgen om 6:00 zijn we opgestaan en zagen op het strand 12 glanzende zwarte walvissen liggen. Zij hadden het niet gehaald...de rest, een grote groep van ongeveer 60 walvissen, was weer uitgezwommen.
Het was heel verdrietig om de walvissen daar te zien liggen, sommigen zwaar gehavend en bloedend, wellicht door het botsen tegen de scherpe rotsen bij laagtij.
Harald en ik namen ieder op onze eigen wijze afscheid van iedere walvis. Rozemarijn had haar emmer bij zich en zegende alle walvissen met water en spoelde de wonden uit.
Ze groef de staart van een van de walvissen uit het zand.
Het regende en de wereld leek droef. De zomerzon probeerde wel door te breken en dat resulteerde in een prachtige regenboog, die ons herinnerde aan de grote groep walvissen die het wel gered hadden en nu in de baai zwommen.
We pakten onze natte tenten in en reden door de Golden Bay op zoek naar de mensen van DOC Department of Conservation (=Staatsbosbeheer/rangers).
We vonden hen bij het strand van Pakawau.
In het water voer een bootje bij een grote groep walvissen die al spuitend door het water zwommen. In het water stond een lijn van mensen, om te voorkomen dat de walvissen weer zouden stranden.
Wij gingen direct het water in en zagen vier walvissen die toch gestrand waren, het water ingeduwd worden door een grote groep vrijwilligers en mensen van DOC en Project Jonah.
Wat prachtig om te zien. Het roerde menig vrijwilliger diep.
De groep walvissen zwom verder en dreigde op een ander strand te stranden. De hele ploeg vrijwilligers sprong in de auto en reed naar het strand verderop, om in het water de walvissen op andere gedachten te brengen.
Zo reden we de hele ochtend en een gedeelte van de middag van strand naar strand om de walvissen te behoeden zich te stranden.
Aan de top van Golden Bay ligt de Farewell spit, een 30 km lange strook duinen, die de baai gedeeltelijk omsluit. Het schijnt dat het zand de sonar van de walvissen er niet op niet weerkaatst waardoor zij denken dat ze in de open zee zwemmen. Het wisselen van hoogtij en laagtij gaat zo snel, dat ze al gauw stranden in dit gebied.
Rond 3 uur s'middags kwam het bericht dat de groep was gestrand aan het begin van de Farewell spit, dus gingen wij daar meteen naartoe.
Harald had inmiddels een wetsuit kunnen lenen van iemand uit de buurt, zodat ook hij, die nogal een koukleum is, lang in het water kon blijven.
Lopend of met jeeps van DOC legden we de 2.5 km af vanaf de parkeerplaats naar de plek waar de walvissen lagen.
Het was triest om zoveel van die prachtige walvissen te zien liggen. Ik telde er 43.
We kregen emmers en lakens om de walvissen nat te houden, om te voorkomen dat ze oververhit zouden raken en verbranden door de zon, die inmiddels flink was gaan schijnen.
Het was verschrikkelijk om te zien hoe snel de zee zich terugtrok, de angst dat er geen water genoeg zou zijn om hen nat en koel te houden was groot.
Gelukkig werden er diepe kuilen gegraven, waarin het water bleef staan, en kwam er dankzij het maken van dammen en geulen wat extra water terug gestroomd.
Harald droeg zorg voor een gestreste en heel gevoelige walvis. Het was belangrijk dat je tegen haar bleef praten en uitlegde waar je het water zou gieten, anders ging ze zwieperen met haar staart.
Rozemarijn droeg emmers water af en aan en vond het geweldig om voor de walvissen te zorgen.
('s-Avonds vertelde ze mij dat ze later ook graag walvisredder zou willen worden, bij DOC of Project Jonah)
Ikzelf droeg water naar meerdere walvissen en ging vaak naast hen zitten en legde mijn arm om hen heen om hen gerust te stellen. Sommige walvissen openden hun ogen toen ik tegen hen sprak en keken met echt aan! Er was zelfs een walvis die probeerde met hoofdbewegingen te volgen waar ik was en wat ik deed.
Hun stevige lijf voelde warm en hard, een beetje rubberachtig, maar ik kon het leven erin zo duidelijk voelen.
Ze maakten hun lieve, soms angstige geluiden, een soort piepen. Ze waren met elkaar aan het communiceren, maar lieten soms ook merken wat ze wilden, of dat ze je aandacht wilden hebben.
Zes uur lang zijn we zo bezig geweest, met het nathouden, het graven, het water halen, het troosten en geruststellen.
Toen moesten we weg, omdat het tij zou inkomen en het dan te gevaarlijk werd in de avond.
In de ochtend zouden we weten of de walvissen waren vertrokken.
De volgende ochtend bleek dat ze inderdaad waren vertrokken, maar dat ze tijdens het nieuwe laagtij wederom gestrand waren, ditmaal op drie verschillende plekken.
DOC wilde alleen mensen met wetsuits hebben, om de dieren uit te zetten. Harald ging het water in, en moest ze tegenhouden tot het zo hoog was dat ze de groep konden verenigen met de andere groep die naar hen toegekomen was.
Later werden ze verenigd met de derde groep en samen zwommen ze de diepte van de baai in, eindelijk in de juiste richting.
Wij zijn toen terug naar huis gegaan, in de hoop dat zij spoedig de zee zullen bereiken.
Vanmorgen heeft Harald het DOC in Takaka gebeld, en zij meldden dat de groep nog steeds vrij rondzwom, dat ze in de nacht niet gestrand waren en dat ze nog steeds in de juiste richting zwemmen.
We moeten onze 'fingers crossed' houden, hopelijk zwemmen zij vandaag nog de zee op!

Filmpjes van ons avontuur zijn te vinden als je klikt op de volgende links: